We zitten in de bus, onderweg terug uit Berlijn, ik zit met mijn tablet op schoot.
Herman vraagt aan mij : ” ben je een boek aan het schrijven of zo?”
Herman is 63, heeft gisteren de marathon gelopen in een verbazingwekkende tijd van 3:04:58 . volgend doel is sub 3 uur.
Ik denk even aan Herman zijn geweldige prestatie en aan onze blijdschap gisteren en aan mijn doel, sub 2:55:14 en schrijf mijn verhaal verder.
Het was november 2019.
Vanuit mijn atletiek vereniging Aquilo ontstond het idee voor een reis naar de marathon van Berlijn. Mee met een grote groep dat leek mij wel wat.
En zo begon op 1 juli mijn schema.
Natuurlijk, dat werd een aanval op mijn PR uit 2014, Berlijn was immers een snel parkoers en als alles klopte dan moest dat haalbaar zijn.
Hoe ging ik trainen speelde het de weken voor die 1e juli door mijn hoofd. Op dezelfde manier als de afgelopen paar jaar?, of eens iets anders?.
Het werd iets anders met een schema van een andere topper. Na de 1e 4 weken moest ik opeens op zoek naar een alternatief voor het vervolg van het schema met ondersteuning.
Ik kwam via topatlete Nesrine Leene bij de trainers van Hellas en kwam in contact met Fred van Mook(www.loopsportcentrumhouten.nl) .
Het waren zware trainingsweken. Weken met in plaats van 6 of 7 training, gewoon 5 trainingen met 2 dagen rust. Wel zware trainingen, veel met tempoblokken van 10, 15, 20 min , of zelf 20km op marathontempo.
Dit had ik nog niet eerder gedaan. Maar het voelde goed. Mijn lichaam ging het tempo van 4:05 min/km herkennen. Zo liep ik in augustus de 10 km van de Bommenberend in 40:35, en 1 uur voor die wedstrijd zelf nog 10 km in 40:40.
Naast het trainen bezocht ik ook topsport diëtiste Linda Swarts (www.topdietisten.nl), het gewicht moest ook omlaag. Niet dat ik te dik was, integendeel. Mijn familie vond mij zelfs te mager.
Nee, gecontroleerd het vetpercentage omlaag. Gewoon goed letten op je voeding, noteren wat je eet, zorgen voor verspreid eiwit inname over de gehele dag.
Om zo naast de zware trainingen ook goed kunnen herstellen. Elke week mij laten masseren, het bezoeken van de sauna na die lange duurtrainingen, het hoorde er allemaal bij.
En zo gingen we vrijdags voor de marathon op reis. De eigen koelbox ging mee. Ik wilde niets aan het toeval overlaten, had besloten op zaterdag mijn eigen brood met appelstroop te eten en s’avonds mijn eigen pasta maaltijd.
Vrijdags om 16:00 je ogen uitkijken op de marathon expo, het startnummer 40230 was van mij.
Om 19 uur op de kamer, met de pannenkoeken die ik donderdags thuis had gebakken en om 21:00 uur in bed. De zaterdag was er een van mijn eigen rondje van een half uur.
Geen ontbijtloop? had ik gevraagd aan Fred. Fred was duidelijk in zijn coaching. Geen gehang, wachten, wachten, sjokken, nee gewoon je eigen rondje, lekker ontbijten en geen sightseeing, maar relaxen voor de race van de volgende dag.
Na het ontbijt werd het toch iets anders.
Inmiddels had ik contact gelegd met Freds collega trainer van Hellas, Don Jenninga. Don zorgde voor ondersteuning voor de Hellas atleten tijdens de race in de vorm van het aanreiken van eigen drinken. Mij wilde men graag ook ondersteunen maar ik moest wel even een contact moment van te voren hebben. En zo bezocht ik daar in zijn hotelkamer trainer Don, kreeg een zee aan kennis van hem mee tijdens de paar uur contact die ik daar gehad hebt.
Na ook nog even kennis gemaakt te hebben met de Hellas atleten moest ik toch nog even met eigen ogen de Brandenburger Tor zien.
Lopen door de stad?, nee ik koos voor een elektrische step en racete nog even zo vanaf Charlies Checkpoint naar de Brandenburger Tor.
En toe was daar de race, zo sta je na bijna een jaar uitkijken daar s’morgen om 9:15 uur in je startvak : KNAL. Weg op 4:05 per km, einddoel 2:53 ?, nee einddoel was onder die 2:55:14. De km’ers vlogen onder mij door, 200m voor het 10km punt stond daar een mij onbekende dame in een rode Hellasjas met mijn flesje te zwaaien, als loper laten zien dat je de begeleider hebt gezien was de instructie die ik vooraf had meegekregen. Ik zwaaide terug dus, griste het flesje uit haar handen en bedankte haar in vogelvlucht nog gauw.
Elke 7km of om het half uur een gelletje had Linda Swarts mij opgedragen. Ik voelde mijn darmen, niet aan denken Jan, je drinkt nu genoeg, geen kleine slokjes had Don nog gezegd, zorg dat je goed minimaal 100cc binnen krijgt elke keer, anders heeft het geen effect. En zo deed ik.
Bij de 20 km stond Don zelf. Ik ging door, genieten?, ja ik kon het wel doen.
Keek af en toe om mij heen en genoot van al die mensen, overal mensen, dranghekken, mensen, bandjes, het hield niet op.
30km, ook weer een begeleider van Hellas, Piet met mijn drinken, het was te mooi om waar te zijn. 30km, de man met de hamer?, waar was die?, “ GO WITH THE FLOW” , riep ik nog tegen Piet.
Ik ging door, keek op mijn tempo’s en zag dat ik nog op een eindtijd onder de 2:54 zat.
Elke keer als ik een tijdmat overging wist ik dat al die vrienden, familie en trainingsmaatjes mijn tijd doorkregen. Het gaf me een boost, ik zag ze zitten voor de televisie, met de telefoon in de hand “zou hij het redden?” .
De 35km voorbij, op de tanden bijten, regen,voelde ik op mijn benen, het werd zwaarder, ik rekende, ik zag mijn tijd omhoog gaan, rekenen, rekenen en nog eens rekenen, rekende ik teveel?. Ik durf het niet te zeggen, de go with the flow verdween. Ik rekende ergens tussen de 2:56 – 2:57 .
Het was mooi, dik onder de 3 uur, ik was tevreden. Daar was die dan, de Brandenburger Tor, daar waar grote wereldatleten hadden gelopen, daar liep ik nu ging het door mij hoofd. Genieten?, dat deed ik nu toch ook?.
Door het midden, over de blauwe lijn die ik al 42 km had gevolgd.
Nu is daar die finish, groot stond er “ZIEL” .
Nog even proberen dan, de laatste krachten perste ik eruit. Over de mat met een druk op de knop, ik keek, keek nog een keer en schoot vol. 2:55:12 gaf mijn horloge aan? . Toch een PR?, het bleek uiteindelijk 2:55:08 te zijn, een PR had ik met 6sec.
Daar op dat parkoers, waar ik nog net een glimp opving van topatleet Bekele, hij had de lauwerkrans op zijn hoofd. Hij ging een tent in omringd door de pers.
Wat voor tijd had hij?, vroeg ik aan een verslaggever. 2sec boven het wereldrecord hoorde ik, 2sec te langzaam.
Ik keek nog een keer naar mijn tijd en werd weer emotioneel.
Een hand kreeg ik op mijn schouder van een onbekende. Well done, super, you did it.
En zo is hardlopen opeens toch geen sport die je alleen doet. Onbekenden voelen op zo een moment hetzelfde en troosten ongevraagd elkaar. Wat is sport toch mooi.